Syndicaal Nieuws

Blijf op de hoogte met ons nieuwsoverzicht

"Onze plaats is aan de onderhandelingstafel, samen met de andere mensen die meer diversiteit creëren!"  

"Onze plaats is aan de onderhandelingstafel, samen met de andere mensen die meer diversiteit creëren!"  

De metaal- en transportsectoren zijn traditioneel mannenbastions, zowel naar tewerkstelling als naar syndicale vertegenwoordiging toe. Dat neemt niet weg dat we enkel straffe dames in ons midden hebben die sterk werk verrichten als leading ladies van onze vakbonden. Wij spraken met provinciaal secretaris van ABVV-Metaal Antwerpen Marjan Vanderhoven en propagandiste bij BTB Charleroi Sabrina Lossignol.

Sabrina, jij bent al geruime tijd actief binnen BTB. Vertel eens over jouw loopbaan tot op vandaag.

Sabrina: Ik ben sinds 13 december 1999 in dienst van BTB en begon mijn carrière als administratief medewerkster. In 2014 kreeg ik de kans om mijn carrière een boost te geven, toen mij de functie van propagandiste werd aangeboden. Ik heb lang geaarzeld en uiteindelijk de kans gegrepen, omdat mijn directe verantwoordelijke op dat moment in mijn oor fluisterde dat de trein geen volgende keer zou passeren. Ik heb geen spijt gekregen van mijn beslissing. Het was niet eenvoudig om mijn plaats te vinden als vrouw in een overwegend mannelijke omgeving, die van tijd tot tijd tekenen van ‘vrouwenhaat’ vertoont. Intussen heb ik voldoende jaren en ervaring achter de kiezen om daarmee om te gaan.

Marjan, jij bent sinds kort provinciaal secretaris bij ABVV-Metaal Antwerpen. Hoe is jouw syndicale carrière tot dusver verlopen?

Marjan: In 2011 ben ik begonnen op de werkloosheidsdienst van ABVV Limburg. Van 2013 tot 2017 heb ik dezelfde job gedaan in de kantoren van Geel en Turnhout. In 2017 solliciteerde ik bij ABVV-Metaal Antwerpen om in het kantoor van Geel ledenadministratie te doen en sociaal-juridische ondersteuning te bieden bij individuele dossiers. Dat heb ik vijf jaar lang heel graag gedaan. We hebben een schitterend team om mee te werken in de afdeling van Mechelen-Kempen. Toen vorig jaar twee collega-secretarissen met pensioen gingen, stelde ik me kandidaat en kreeg ik de kans om te starten als secretaris. Ik ben met veel enthousiasme de uitdaging aangegaan om de belangen van onze leden op collectief niveau te behartigen als secretaris.

Worden de werknemers in onze sectoren, naar jullie ervaring, veel geconfronteerd met discriminatie?

Marjan: Voorlopig heb ik op de bedrijven die ik opvolg als secretaris nog geen melding gekregen van discriminatie. Maar in mijn werk als individueel dienstverlener kreeg ik wel een heleboel leden over de vloer die slachtoffer waren van discriminatie of pesterijen op het werk. Die verhalen kwamen bijna altijd uitsluitend uit kleinere metaalbedrijven zonder syndicale delegatie.

Er bestaat natuurlijk een anti-discriminatiewetgeving, maar - hoe erg het ook is om te zeggen - als je die wetgeving in de praktijk wilt omzetten, blijkt ze heel vaak een lege doos voor mensen die slachtoffer zijn van discriminatie. En hoewel er wel degelijk een geijkte procedure bestaat om te volgen ingeval van discriminatie, bleken vele slachtoffers op het moment dat ze zich bij ons kwamen aanmelden met hun probleem vaak het bedrijf in kwestie al te hebben verlaten. Dan ben je natuurlijk niets meer met die geijkte procedures, want je kunt je niet meer richten tot de preventieadviseur of vertrouwenspersoon.

Er kwam bovendien de facto een hele zware bewijslast bij de slachtoffers te liggen, wat ontzettend moeilijk is als je nooit officieel melding hebt gemaakt van de situatie bij de preventieadviseur of vertrouwenspersoon. In het beste geval hadden ze hun verhaal wel gedaan bij de huisarts of de psycholoog, maar vaak was dat niet voldoende om een zaak op te bouwen. Als we daar dan enkele weken mee bezig waren geweest, hadden die mensen in de tussentijd ander werk gevonden en wilden ze snel de hele discriminatiezaak achter hen laten. Een betere bescherming voor slachtoffers van discriminatie en pesterijen op het werk dringt zich op!

Sabrina: Helaas worden veel vrouwen in onze sectoren nog slachtoffer van discriminatie. Als vrouw word je te vaak aanzien als mentaal en fysiek zwakker. Denk maar aan de denigrerende uitspraak ‘vrouwen zijn het zwakke geslacht’. Ook de loonkloof is een discriminatie die aanhoudt. Gelijk loon voor gelijk werk blijft dan ook een speerpunt van onze werking bij BTB.

Zelf heb ik, op welk niveau dan ook, in elke job die ik al heb uitgevoerd binnen onze vakbond, altijd mijn best gedaan om te strijden voor gendergelijkheid en geroeid met de riemen die ik had. Ik denk dat het onze primaire taak is als vakbond om aandachtig en met empathie te luisteren naar de verhalen van onze leden die slachtoffer zijn van grensoverschrijdend gedrag.

Maar we moeten ook blijven sensibiliseren. Ik denk bijvoorbeeld aan thematische flyers met persoonlijke getuigenissen om meer bewustwording te creëren rond gendergelijkheid en grensoverschrijdend gedrag bij alle werknemers van onze sectoren. Ons doel moet altijd zijn om zo veel mogelijk respect voor elkaar op te brengen.

Nog niet zo lang geleden werd ik geconfronteerd met een geval van pesterijen op de werkvloer. Het vergde enige tact om het vertrouwen te winnen van de betrokken werknemer. Ik heb gedaan wat ik kon, altijd binnen de grenzen van mijn bevoegdheden natuurlijk, en ik blijf zorgen voor follow-up.

Onze sectoren zijn veelal mannenbastions. Hoe gaan jullie daarmee om?


Marjan: Dat heeft mij nooit tegengehouden. Persoonlijk woog het voor mij zwaarder door om van individueel naar collectief arbeidsrecht over te stappen. Na al die jaren van individuele dienstverlening besloop mij heel hard het gevoel dat ik keer op keer dezelfde verhalen te horen kreeg, en daarop dan dezelfde adviezen moest formuleren. Dat gaf uiteraard per direct een grote voldoening aan de job, want de leden zijn voortgeholpen. Maar je stelde ook vast dat dezelfde problemen maar bleven aanhouden. Dat was mijn grootste drijfveer om het te wagen als secretaris: collectief meer te kunnen betekenen voor onze arbeiders.

Sabrina: Ik heb te maken met  transportbedrijven met vrachtwagenchauffeurs, die inderdaad voornamelijk mannen zijn. In de logistieke bedrijven is er een grotere gendermix. Eender waar ik kom als propagandiste, druk ik de afgevaardigden op het hart dat onze rechten en plichten gemeenschappelijk zijn, dat respect wederzijds is en dat we allemaal gelijk zijn.

Wat vind je van deze stelling: ‘Een vrouw hoort mee aan de onderhandelingstafel’?

Sabrina: In mijn job bewijs ik dag na dag dat ik dezelfde ideologische waarden en evenveel kennis meedraag als mijn mannelijke collega’s. Onderhandelen is geen kwestie van geslacht, maar het is wel een kwestie van je zienswijze weten over te brengen, de juiste argumenten te berde te brengen én van te filosoferen, wat – ik permitteer het mij even – toch vaak een van de bijzondere vaardigheden is waarover wij vrouwen beschikken.  

Marjan: Ik vind dat aan onze onderhandelingstafels vooral veel meer diversiteit wenselijk is, waaronder ook vrouwen. Als je constant met allemaal hetzelfde type persoon aan tafel zit, houd je ook alleen maar rekening met de visie van één en bepaalde groep. Als we er nu vanuit zouden gaan, wat we denk ik wel mogen, dat de top van bedrijven voornamelijk bestaat uit heteroseksuele, witte, hoogopgeleide mannen, dan ga je ook enkel de insteek hebben van deze groep, die daarentegen niet de grote groep van onze samenleving vertegenwoordigt. Want de bemiddelde, witte, heteroseksuele, hoogopgeleide man vormt op zichzelf geen afspiegeling van onze samenleving. Daarom zijn vrouwen een meerwaarde aan de onderhandelingstafel. Hun plaats is aan de onderhandelingstafel, samen met nog andere mensen die daarmee die diversiteit creëren.

Is er meer vrouw nodig in de vakbondsvertegenwoordiging?

Marjan: Absoluut! Vrouwen mogen niet denken dat hun stem er niet toe doet en dat het bedrijf en de vakbond louter een mannenwereld zijn. Hoe groter de mix van mensen en groepen in onze vakbondswerking, hoe meer dat dat de werking op alle vlakken ten goede komt.

Sabrina: Voilà! Bij deze wil ik dan ook een warme oproep doen aan alle vrouwen in de transport- en metaalsectoren om zich kandidaat te stellen voor de verkiezingen in 2024. Wij zorgen voor een warm onthaal!